Ja, je hebt (recht op) een GO! account en toegang tot GO! pro.
Contacteer de personeelsdienst van het Huis van het GO!.
De balans na één jaar leersteuncentra oogt positief. Maar we moeten ook oog blijven hebben voor de hindernissen van deze ambassadeurs van inclusie. Meer middelen en een vlottere samenwerking over muren heen zijn noodzakelijk.
Beste GO! collega,
Een jaar geleden ging het leersteundecreet in, om een nieuwe stap te zetten in de richting van inclusief onderwijs. Om te kijken hoe het vandaag in het veld gesteld is, bracht ik op de eerste schooldag een bezoek aan leersteuncentrum Pixsy in Aalst. Het is een van de twaalf leersteuncentra van het GO! die samen 702 scholen begeleiden. Bij Pixsy betekent dit leersteun geven aan 1340 leerlingen. Hiervoor werken de 110 collega’s samen met vijf scholengemeenschappen en onderwijskoepels, en met acht Centra voor Leerlingenbegeleiding. Dit zijn indrukwekkende cijfers die meteen duidelijk maken dat een vlotte samenwerking geen sinecure is voor onze leersteuncentra.
Zo was bij de aanvang niet altijd duidelijk afgebakend waar de taken van het leersteuncentrum eindigen en waar die van het CLB of de scholengroep beginnen. Daarom ontwikkelden de PBD en POC van het GO! samen een nieuw model van samenwerking. De ondersteunende tekst Samen leerlingen begeleiden brengt duidelijkheid in de overlegstructuur en rolverdeling en omschrijft met het GO! continuüm naar inclusie een helder kader voor geschakelde, kwaliteitsvolle zorg op maat van élke leerling. De PBD van het GO! ondersteunt, naast de leersteuncentra, ook GO! scholen in het vormgeven van de brede basiszorg en effectieve didactiek binnen hun context. Toch moeten we ondanks deze resultaten erkennen dat de middelen van de PBD te beperkt zijn.
Er is meer nodig om van inclusief onderwijs een succes te maken, zo blijkt uit een jaar praktijkervaring in de leersteuncentra. Zorgteams in de scholen moeten multidisciplinair kunnen worden ingevuld, zodat de expertise in huis is. Ook dringt een bijsturing van de indeling in types van het buitengewoon onderwijs zich op. Daarnaast hebben de leersteuncentra nood aan meer middelen voor de aanvangsbegeleiding van nieuwe ondersteuners zonder onderwijservaring en voor de uitvoering van secundaire processen. Ook lopen de verplaatsingskosten van de ondersteuners heel hoog op.
Maar er zijn ook veel positieve noten. Bij leersteuncentrum Pixsy bracht een visieoefening een duidelijke strategie en gelijkgerichte aanpak voort. Uit scholen die het goed doen op het vlak van inclusie halen de ondersteuners voorbeelden om praktische instrumenten te ontwikkelen. Die kunnen andere scholen inspireren. Het team werkt hard aan het delen van ondersteuningsmaterialen, in de cloud en in een bibliotheek. Ook zetten de ondersteuners succesvol in op een vorm van kruisbestuiving van scholen die elkaar bezoeken en zijn er her en der vruchtbare lokale initiatieven. Er zijn lerende netwerken van leersteuncentra die materialen uitwisselen en elkaar coachen, en de twaalf leersteuncentra van het GO! vinden vlot de weg om elkaar vanuit hun ervaringen te versterken.
Leersteuncentra zijn van grote waarde voor het onderwijs van vandaag. Willen we inclusief onderwijs sterker op de kaart zetten – en dat wil het GO! met veel overtuiging – dan is het noodzakelijk om de financiële en praktische hindernissen van de leersteuncentra uit de weg te ruimen. Want onze leerondersteuners zijn de ambassadeurs van inclusie.
Koen Pelleriaux
Afgevaardigd bestuurder