7e jaren secundair onderwijs

Het is niet mogelijk om af te wijken van de 28 wekelijkse lestijden. Artikel 2, 47° van de Codex SO definieert voltijds secundair onderwijs als onderwijs dat wordt verstrekt naar rata van ten minste 28 wekelijkse lesuren.

Wanneer een school dus bijvoorbeeld 8 weken stage inricht en leerlingen tijdens die 8 weken 38 uur per week op stage gaan, blijft het regelgevend verplicht dat er in de weken dat er geen stage wordt ingericht 28 lesuren per week worden voorzien op de lessentabel. Een school kan er niet voor kiezen om weken van bijvoorbeeld 20 lesuren in te richten ter compensatie van weken met uren omwille van stage.

Waar wel kan van worden afgeweken is de spreiding van de lessen over negen halve dagen per week conform de afwijkingsmogelijkheden op basis van buitengewone organisatorische, onderwijskundige of levensbeschouwelijke argumenten die terug te vinden zijn onder punt 8. van omzendbrief SO 74.

De leerling kan overzitten in het voorbereidend jaar op het hoger onderwijs na arbeidsmarktfinaliteit (het vroegere naamloos leerjaar) en op die manier een diploma OK4 behalen. 

De leerling kan overzitten in een gemoderniseerd 6e jaar arbeidsmarktfinaliteit en het diploma SO OK3 behalen, steeds rekening houdend met de geldende toelatingsvoorwaarden.

De leerling kan ook voor alternatieve wegen kiezen zoals de examencommissie of het volwassenenonderwijs. 

Neen, er wordt geen uiterste datum meer vooropgesteld voor wat betreft de overgang van één zevende jaar naar een ander zevende jaar. Deze overgang is wel steeds gekoppeld aan een gunstige beslissing van de klassenraad.

Neen, zowel bachelors als masters kunnen de vakken geven. In bijlage 4 bij omzendbrief PERS/2015/04 kan je lezen dat dit 7e jaar gekoppeld is aan zowel bso als tso. Op die manier maakt men een zo breed mogelijke inzet van leerkrachten mogelijk.

Ja dit kan. Leerlingen met een diploma SO OK3 voldoen aan de toelatingsvoorwaarden voor het volgen van een graduaatsopleiding. Na het succesvol afronden van dit graduaat kan de leerling instromen in een bacheloropleiding. Deze bacheloropleiding moet niet aansluiten bij het gevolgde graduaat. Is dit wel het geval dan is een verkort traject mogelijk.

Dit kan voor individuele leerlingen via een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad op basis van een toelatingsproef, elders verworven competenties of elders verworven kwalificaties.