Ja, je hebt (recht op) een GO! account en toegang tot GO! pro.
Contacteer de personeelsdienst van het Huis van het GO!.
Ambitie
De beleidsverantwoordelijken op centraal en scholengroepniveau blijven betrokken bij het CVO, CLB en LSC, of hun scholengroep nu inrichtende macht is of niet. Zij werken samen vanuit een gedeelde visie en met respect voor de eigen rol en opdracht van elk van deze instellingen.
Vanuit deze gezamenlijke verantwoordelijkheid zorgen ze ervoor dat de stem en het belang van de instellingen gehoord worden in alle belangrijke overleg- en beslissingsmomenten, zowel op netniveau als op regionaal niveau.
Engagementen op scholengroepniveau
Op scholengroeponiveau is het belangrijk dat er goed formeel georganiseerde bestuurlijke structuren én regelmatig (informeel) overleg zijn.
Gedeelde aansturing en eigenaarschap
- Alle betrokken scholengroepen werken samen aan de aansturing van de instelling. Dat gebeurt via een gezamenlijk bestuurs- of beleidsorgaan, zoals een medezeggenschapscollege (bij CVO) of een leersteunraad (bij LSC).
- Ook andere vormen van samenwerking zijn mogelijk. Belangrijk is dat er structureel overleg gepland wordt over de werking en aansturing, en dat algemeen directeurs (AD’s) hier actief bij betrokken zijn. Deze samenwerking is een gedeelde verantwoordelijkheid. De inrichtende macht neemt een trekkersrol op, maar ook andere scholengroepen mogen initiatief nemen.
- Binnen de CoRA (het forum voor overleg tussen algemeen directeurs) delen AD’s hun kennis en ervaringen. Daarvoor wordt tijd en ruimte voorzien.
- Bij een ongunstig doorlichtingsadvies nemen alle betrokken scholengroepen samen deel aan het begeleidingstraject.
Participatie en overleg binnen scholengroepen
- De directies van de scholengroepoverstijgende instellingen nemen deel aan het CVD (college van directeurs) van de scholengroep die inrichtende macht is.
- Met de algemeen directeurs van de andere scholengroepen worden duidelijke afspraken gemaakt over hun deelname aan het CVD, bijvoorbeeld twee keer per jaar deelnemen, specifieke agendapunten bespreken, betrokkenheid van CLB, LSC of CVO bij relevante thema’s.... De participatie gaat verder dan enkel informeren of advies geven. Ze omvat ook samen overleggen, beslissen en uitvoeren.
Kennisdeling en samenwerking
Er wordt actief gewerkt aan goede samenwerking en kruisbestuiving tussen de directies en medewerkers van de scholengroepen en de scholengroepoverstijgende instellingen door het coördineren van informele ontmoetingen en uitwisseling van ervaringen, zodat er meer onderling begrip, betrokkenheid en samenwerking ontstaat.
Netbrede engagementen
Binnen alle PTC’s is er structureel aandacht voor het hele onderwijsveld, dus ook voor de scholengroepoverstijgende instellingen (CLB, LSC en CVO).
Dit betekent dat leden van de PTC’s:
- kennis hebben van deze instellingen;
- zich goed kunnen inleven in hun werking en uitdagingen, ook zonder dat er altijd een formele vertegenwoordiger aanwezig is.
Vooral binnen de PTC’s die werken rond functionele thema’s zoals financiën, infrastructuur of digitaal beleid, is dit brede perspectief belangrijk. In de PTC’s die wel verbonden zijn aan onderwijsniveaus, is het wél wenselijk dat er vertegenwoordiging is van:- CLB en LSC in de PTC leerplichtonderwijs.
- CVO in de PTC niet-leerplichtonderwijs.
Ook bij andere vormen van netbreed overleg, zoals bvb. vormingsmomenten voor leden van de raden van bestuur van scholengroepen, is het goed om systematisch aandacht te besteden aan deze instellingen en hun rol.
Als de agenda van een PTC dat vraagt, kunnen deskundigen of technici tijdelijk worden uitgenodigd om hun expertise te delen.