Ja, je hebt (recht op) een GO! account en toegang tot GO! pro.
Contacteer de personeelsdienst van het Huis van het GO!.
Missie en context
De Raad van het GO! keurde op 5 december 2025 het nieuwe infrastructuurbeleidsplan 2025-2028 goed. Dit vernieuwde infrastructuurplan moet een strategisch kader bieden voor het beheer en de ontwikkeling van het uitgebreide patrimonium van het GO! en vanuit flexibiliteit inspelen op veranderende regelgeving, nieuwe technologische mogelijkheden en innovatieve samenwerkingsvormen. De context van grote structurele onderfinanciering speelt daarbij een belangrijke rol. Bij de opmaak van het nieuwe infrastructuurbeleidsplan, bleven we trouw aan onze missie van de afdeling infrastructuur:
Het bouwen van inspirerende en innovatieve leeromgevingen in veilige, gezonde en comfortabele gebouwen die de favoriete leerplek vormen van elke lerende die voor het GO! kiest
Drie strategische doelstellingen
Vertrekkend van een grondige analyse van de huidige realiteit en beschikbare data, de bevindingen uit de verschillende bronnen en de evaluatie van de vorige strategische doelstellingen, formuleren we drie nieuwe, samenhangende strategische doelstellingen voor ons infrastructuurbeleid.
| Strategische doelstelling 1 (SD1): We versterken de basiskwaliteit van het patrimonium en bewaken comfort, veiligheid en betaalbaarheid. | Strategische doelstelling 2 (SD2): We zetten infrastructuur strategisch in voor een duurzame toekomst: minder verbruik en gerichte investeringen voor meer impact. | Strategische doelstelling 3 (SD3): We realiseren gedeelde en toekomstgerichte leeromgevingen die ruimte geven aan samenwerking, autonomie en flexibiliteit. |
|---|---|---|
| In een context van beperkte middelen maken we heldere keuzes: we zetten in op infrastructuur die veilig, gezond en comfortabel is, én waarvan de kosten op lange termijn beheersbaar zijn. Dit betekent: prioriteit voor gebouwen met structurele gebreken en waar het kan inzetten op realistische renovaties om te komen tot duurzame en kwalitatieve gebouwen. We hanteren een minimale standaard van ‘warm, droog, proper en veilig’ als harde ondergrens en sturen op rationeel gebruik van m², tijd en middelen. | Onze infrastructuur draagt actief bij aan de klimaatdoelstellingen door in te zetten op energie-efficiëntie en circulair bouwen. Elk project is een kans om de ecologische én financiële voetafdruk te verkleinen en in te zetten op duurzaamheid. We maken daarbij bewuste keuzes op basis van data over energieverbruik, bezettingsgraad en levenscycluskosten. We investeren in wat duurzaam rendeert - voor mens, milieu én middelen. | We zetten infrastructuur in als hefboom voor onderwijskwaliteit: flexibel inzetbare ruimtes die eenvoudig mee schakelen met veranderende leerlingenaantallen, multifunctionele leeromgevingen die verschillende pedagogische werkvormen ondersteunen, en gedeelde infrastructuur die optimaal benut wordt binnen én buiten de schooluren. We verkennen voor elk bouwproject welke lokale en regionale partnerschappen relevant kunnen zijn op het vlak van investeringen en gebruik. |
Vier tactische thema’s
De afdeling Infrastructuur bevindt zich midden in een evolutie: van een proces dat vooral operationeel en reactief georganiseerd is, naar een werking die strategisch, lerend en datagedreven is. Om die evolutie
richting te geven, werden de inzichten gebundeld in vier tactische thema’s. Ze tonen hoe de afdeling Infrastructuur haar transitie kan vormgeven — stap voor stap, maar met duidelijke richting.
Transversaal tactisch thema: Een vernieuwd proces van samenwerking
We zien samenwerking als overkoepelend thema en de drager van onze werking. We streven naar een vernieuwd en transparant samenwerkingsproces, zowel binnen de afdeling als tussen de verschillende afdelingen. Daarnaast willen we een duidelijke SPOC-werking (single point of contact) uitbouwen richting de scholengroepen, en werken aan een sterke(re) positionering ten aanzien van externe partners, met het oog op proactieve samenwerking. Binnen dit kader leggen we de nadruk op missiegericht werken, heldere rolafspraken en duidelijk eigenaarschap.
Tactisch thema 1: Strategische en dynamische data en systemen
We bouwen aan een sterke koppeling tussen Infrabase (het vernieuwde facilitair management informatiesysteem en dataplatform), andere databronnen en het strategisch beleid. We zetten in op een toegankelijke, heldere en dynamische dataset die de samenhang zichtbaar maakt tussen patrimonium, energie, gedeeld gebruik, TCO en vastgoedvalorisatie. Deze geïntegreerde data en de bijhorende financiële dashboards ondersteunen onze strategische besluitvorming, zorgen voor een gebalanceerde set van KPI’s (kritische prestatie-indicatoren), actuele huisvestingsplannen en bieden de flexibiliteit om snel in te spelen op veranderende noden.
Tactisch thema 2: Een total cost of ownership (TCO) benadering
We hanteren een brede en geïntegreerde benadering om op het juiste moment de optimale investering te doen, met aandacht voor de totale kost van onze infrastructuur en dat over de volledige levensduur. Samen met de scholengroepen evolueren we naar een TCO-benadering (Total Cost of Ownership), waarbij energieverbruik, onderhoud en duurzaamheidseffecten van bij de start worden meegenomen in de besluitvorming. We vermijden onvoorziene kosten op langere termijn en maken bewuste keuzes die zowel energie-efficiëntie als duurzaamheid versterken. Via pilootprojecten rond circulariteit verkennen we deze ambitie stap voor stap: voorzichtig in opzet, maar met duidelijke en leergerichte acties, zodat de opgedane inzichten later duurzaam kunnen worden verankerd in het TCO-proces. Deze benadering moet een gedegen financiële raming en planning op langere termijn mogelijk maken.
Tactisch thema 3: Toekomstgericht ruimtebeleid en portefeuillestrategie
We maken ruimte voor het opsporen van beleidsopportuniteiten en het proactief opzoeken van partnerships. We ontwikkelen een toekomstgericht ruimtebeleid dat gedeeld gebruik stimuleert en inzet op sterke samenwerkingen en partnerships met andere overheden en stakeholders. Door processen te voorzien die ruimte bieden voor opportuniteiten op lokaal of regionaal niveau kunnen we het potentieel van ons divers patrimonium ten volle benutten en vastgoedvalorisatie meer gericht en gediversifieerd aanpakken. Wanneer geplande investeringen zichtbaar worden gemaakt kan veel strategischer worden omgegaan met beleid betreffende scholengroepoverstijgende instellingen en onderwijsaanbod. Een heldere financiële planning en scenarioanalyse zorgt daarbij voor transparantie en een stevig fundament om samen met de scholengroepen weloverwogen vastgoedkundige beslissingen op langere termijn te nemen.
Principe van een 10 jaren-investeringsplan
Na het vastleggen van de strategische doelstellingen, de bijhorende tactische thema’s, werd duidelijk dat onze huidige werking en bestaande kaders onvoldoende ondersteuning bieden voor een geïntegreerde en samenhangende realisatie van de nieuwe doelstellingen en thema’s.
De huidige aanpak – met een kortcyclische projectkeuzetrechter, gefragmenteerde beslissingen en beperkte wederzijdse afstemming van GIW- en KIW-investeringen – biedt een te korte horizon om strategische keuzes duurzaam te verankeren. Zo mislopen we kansen voor opportuniteiten, innovatie en partnerschappen.
We introduceren daarom het principe van een 10 jaren-investeringsplan. Het 10 jaren-investeringsplan maakt een inschatting van de beschikbare GIW-middelen voor de komende tien jaar en verdeelt die over de 26 scholengroepen. Deze middelen kunnen worden gekoppeld aan de andere financieringsstromen, met name KIW-middelen, netto bedrijfskapitaal en trekkingsrechten. Dit moet leiden tot een vernieuwd huisvestings-/investeringsplan voor elke scholengroep, gekoppeld aan effectieve middelen, dat fungeert als leidraad voor investeringskeuzes en strategische prioriteiten. Overige financiële programma’s die in die periode opstarten (vb. Luchtkwaliteitsfonds, capaciteit...) kunnen vlot binnen dezelfde strategische koers worden ingepast en gericht ingezet.